Logboek #2 | Voortgang en verdieping: samenwerken aan een sterke opleidingsinfrastructuur in de Onderwijsregio Haaglanden

In deze logboekenreeks volgen we programmaleiders die actief bijdragen aan de ontwikkeling van onderwijsregio’s. In drie opeenvolgende gesprekken delen zij hun ervaringen met veranderende samenwerking, governance en kwaliteitsontwikkeling binnen Samen Opleiden. Zo ontstaat een rijk beeld van hoe partnerschappen zich positioneren in het bredere veld van regionale samenwerking.

In het kort

In de afgelopen periode zijn in de Onderwijsregio Haaglanden belangrijke stappen gezet in het versterken van de samenwerking tussen de lerarenopleidingen, de scholen en schoolbesturen, zowel in de Onderwijsregio als tussen en binnen de partnerschappen. Jiwan Does, onderwijsmanager bij de Hogeschool Rotterdam (HR), en Inge Runhaar, programmaleider van de Haagse Opleidingsschool (HOS), reflecteren in dit logboek op de voortgang binnen het netwerk, op strategische vraagstukken en op hoe zij samen bouwen aan een duurzame infrastructuur in de regio.

Waar in het eerste logboek de nadruk lag op positionering, dienstbaarheid en het bouwen van relaties, komt in dit tweede gesprek naar voren hoe deze beweging zich de afgelopen periode verder heeft ontwikkeld. Er is meer onderling vertrouwen, meer focus op gezamenlijke opgaven en een groeiend besef dat structurele borging nodig is om projecten, netwerken en werkwijzen te verduurzamen. Tegelijkertijd blijven er vragen over de rolverdeling tussen partners, regie op regionale initiatieven en het samenspel tussen beleid en praktijk.

Governance en gelaagdheid: zoeken naar duidelijke lijnen

De Onderwijsregio Haaglanden is rijk aan initiatieven en samenwerkingen, maar kent ook een complexe governance. Zowel Jiwan als Inge benoemen dat het vaak zoeken is naar wie waarvoor verantwoordelijk is en welke rol partnerschappen, instituten, scholen, schoolbesturen en de regio spelen in het initiëren en borgen van projecten. “Je hebt met zoveel lagen te maken,” zegt Inge, “en het is niet altijd helder wie wanneer aan zet is.”

Bijvoorbeeld bij het project Samen Onderzoeken, dat ontstond vanuit een subsidieaanvraag van de Haagse opleidingsscholen voor vo bij de Onderwijsregio Haaglanden. Een relevante vraag is hoe de opbrengsten uit dit project verder worden verduurzaamd. “Moet het initiatief nu bij de partnerschappen blijven of pakken de instituten het op? Wie neemt de voortrekkersrol? En hoe verhoudt dit zich tot bredere regionale samenwerkingsverbanden, zoals de educatieve alliantie?”

Jiwan signaleert dat het bestuurlijke overleg binnen de Onderwijsregio (met 30 tot 40 deelnemers) vooral besluitvormend van aard is. “Er is om samenwerking op inhoud te krijgen behoefte aan kleinere gremia en thematische werkgroepen waar meer ruimte is voor inhoudelijke afstemming.”

Je hebt met zoveel lagen te maken – en het is niet altijd helder wie wanneer aan zet is.
Dat maakt samenwerken in de onderwijsregio soms complex, maar juist daarom is het belangrijk om steeds te blijven benoemen waar we elkaar nodig hebben.

Versterken van de opleidingsinfrastructuur: van project naar systeem

Een terugkerend thema in het gesprek is de wens om de samenwerkingsstructuren in Haaglanden meer toekomstbestendig te maken. Inge verwijst naar de samenwerking met de universitaire lerarenopleidingen, waarbij het idee van een regionale kennisinfrastructuur verder wordt verkend. “We willen dat ons project Samen Onderzoeken niet op zichzelf blijft staan, maar ingebed raakt in iets structureels. Dan moeten we ook weten: wat speelt er nog meer, hoe sluit je aan en wie bepaalt dat?”

Deze behoefte aan structuur en zichtbaarheid wordt gedeeld door Jiwan. Hij pleit voor een heldere profilering van de lerarenopleidingen in de regio: “Wat doen we goed, wat kunnen we bieden, en hoe zijn we complementair aan elkaar als hbo en wo? Dat vraagt om afspraken en afstemming op regionaal niveau.”

Praktijkgerichte netwerken als motor

In het eerste logboek benoemde Jiwan het belang van praktijkgericht samenwerken via werkplaatsen en pilots. In de afgelopen periode zijn daarin mooie stappen gezet. Zo is er in samenwerking met ICLON een kenniskring opgericht rondom kansengelijkheid, waarin scholen, instituten en soms ook studenten samen optrekken. “We trekken samen op vanuit gedeelde vragen,” zegt Inge. “En het mooie is: scholen faciliteren deelname, omdat ze het zien als een vorm van professionalisering.”

De initiële subsidieprikkel maakte plaats voor bevlogenheid en gezamenlijk eigenaarschap. Jiwan noemt dit een hoopgevende ontwikkeling: “Samen optrekken vanuit de inhoud is precies wat we nodig hebben.”

Curriculumherziening: stap voor stap in de praktijk

In het vorige logboek werd de curriculumherziening van de HR door Jiwan benoemd als strategisch traject dat meer ruimte kan bieden aan werkplekleren en het onderzoekend vermogen van studenten. Inmiddels is die herziening in uitvoering, met inmiddels ook zichtbare effecten. Inge beschrijft hoe het nieuwe model met startgesprekken, groeidossiers en intervisie wordt ingericht. “De student staat centraal. De driehoeksgesprekken blijven herkenbaar, maar krijgen nu een sterkere focus op het eigenaarschap van de student.”

Wel zijn er zorgen over uitvoerbaarheid, vooral rond de intervisie onder begeleiding van instituutsopleiders. De Haagse opleidingsscholen voor vo kiezen hun eigen implementatiepad binnen de kaders. Gebruik van beeldmateriaal is toegestaan onder voorwaarde van IRIS Connect; op transfer- en praktijkdagen wordt met casuïstiek gewerkt. Inge licht toe: “We zoeken nog naar een werkbare modus, maar de ingezette richting is goed.” Jiwan benadrukt dat de HR het proces nauwgezet evalueert, zowel op inhoud als op organisatie en governance. “De begeleiding van studenten moet leidend blijven. Daar stemmen we ook de evaluatie op af.”

De initiële subsidieprikkel maakte plaats voor bevlogenheid en gezamenlijk eigenaarschap. Samen optrekken vanuit de inhoud is precies wat we nodig hebben om de verbinding tussen scholen en opleidingen duurzaam te maken.”

Relatieontwikkeling en regionale dynamiek

Een van de meest tastbare veranderingen in de afgelopen periode is de toegenomen openheid en het vertrouwen in de samenwerking binnen de Haagse partnerschappen tussen de HR, de schoolbesturen en de scholen. Jiwan: “We kennen elkaar, spreken zaken uit. Dat maakt het samenwerken veel prettiger.”

Inge herkent dit: “Vroeger verliep de samenwerking met instituten op sommige punten soms wat stroever. Nu is het echt samen optrekken. De aanwezigheid van een regiocoördinator vanuit de Hogeschool Rotterdam helpt enorm.” Beiden onderstrepen dat het voortdurend investeren in de relatie cruciaal is. “Ga het gesprek aan als partners, niet als concurrenten.”

Onderwijsregio: tussen bestuurlijke ambitie en praktijkbehoefte

Hoewel de Onderwijsregio kansen biedt om sectoren te verbinden (zoals vo en mbo), is de praktijk soms weerbarstig. Jiwan en Inge zien dat de bestuurlijke aard van overleggen de inhoudelijke verdieping soms in de weg kan staan. Ze hopen dat de inzet van de Onderwijsregio Haaglanden op inhoudelijke themalijnen als basis voor de samenwerking meer ruimte geeft aan gesprekken over onderwijsinhoud en professionalisering.

Een belangrijk aandachtspunt is de dynamiek rond middelen. Jiwan waarschuwt voor een systeem waarin projecten vooral ontstaan omdat er geld beschikbaar is, niet omdat er vraag uit het werkveld is. “Vergelijk het met de COVID-gelden: plotseling moest er iets gedaan worden. De valkuil is dat je beleid maakt om te kunnen verantwoorden, niet omdat het nodig is.” Inge vult aan: “De regio moet geen aanbod creëren, maar vragen ophalen. Vraagarticulatie begint bij de scholen, bij de praktijk.”

Strategische positionering van de HR: zichtbaarheid en complementariteit

Tot slot onderstreept Jiwan het belang van een strategisch accountmanagement binnen de HR. “We moeten beter luisteren naar wat scholen vragen en daar ons aanbod op afstemmen. Dat betekent ook: zichtbaar maken wat we kunnen, van bachelor en master tot zij-instroom en AD-trajecten.” Die verbreding past binnen een bredere visie op het leven lang ontwikkelen. “We leiden niet alleen op tot bevoegdheid, we willen bijdragen aan elke fase van professionele groei.”

We moeten beter luisteren naar wat scholen vragen en daar ons aanbod op afstemmen.
Niet alles dichttimmeren, maar samen blijven ontdekken wat werkt – dat is de kern van goed partnerschap.”

Vooruitblik

Waar in het eerste logboek de herpositionering van de lerarenopleiding en de noodzaak tot regionale samenwerking centraal stonden, richt de blik zich nu op borging en doorontwikkeling. Jiwan en Inge zien de komende periode als een kans om de bestaande netwerken, projecten en afstemming verder te verstevigen. Wat hen bindt, is de wens om inhoudelijk samen te blijven optrekken en de stem van het werkveld leidend te houden in alles wat zij gezamenlijk ontwikkelen. Zoals Jiwan het verwoordt: “Niet alles dichttimmeren, maar samen blijven ontdekken wat werkt.”

In het derde en laatste logboek gaan we met Jiwan en Inge in gesprek over de opbrengsten van hun samenwerking. Wat is er bereikt binnen de Onderwijsregio Haaglanden? Wat vraagt blijvende aandacht? En welke inzichten kunnen andere partnerschappen meenemen in hun eigen ontwikkeling?

Gerelateerde berichten