Deze logboekserie volgen we programmaleiders van partnerschappen Samen Opleiden binnen verschillende onderwijsregio’s op drie momenten in de tijd. In deze interviews delen zij hun ervaringen en inzichten in het proces van Samen Opleiden, de bestuurlijke uitdagingen en de veranderende rol van programmaleiders binnen de nieuwe context van de onderwijsregio’s. Door de voortgang in de onderwijsregio’s te volgen, biedt deze serie waardevolle lessen en inspiratie voor partnerschappen die gezamenlijk werken aan het opleiden van de leraren van morgen.
Fotograaf: Esmee Postma
Femke Gerritsen is vanuit verschillende rollen actief binnen Samen Opleiden & Professionaliseren (SO&P) en de onderwijsregio. Bij het Bonhoeffer College in Enschede is ze opleidingsfunctionaris, waar ze samen met het opleidingsteam en de schoolleiding werkt aan een ontwikkelingsgerichte schoolorganisatie. Daarnaast is Femke programmaleider van de Academische Opleidingsschool Oost-Nederland, een partnerschap met vier opleidingsinstituten en zes scholen, dat al twintig jaar bestaat.
Door haar sterke verbindingen in de regio en de samenwerking met de Regionale Aanpak Personeelstekort (RAP) is Femke in 2024 samen met de projectleider van de RAP gestart als kwartiermaker voor de onderwijsregio Twente–Achterhoek–Oost Salland. Hier werkt ze aan een integrale aanpak voor SO&P en RAP om voldoende goed opgeleide leraren te garanderen. Haar vermogen om belangen te verenigen en werkprocessen te vernieuwen, maakt haar een belangrijke speler in de verdere professionalisering van het onderwijs in de regio.
In 2024 besloot de onderwijsregio Twente–Achterhoek–Oost Salland actief deel te nemen als voorloper in de onderwijsregio’s. Deze beslissing werd snel genomen dankzij de coöperatieve houding binnen de regio en de gezamenlijke wens om regie te nemen bij de ontwikkelingen. De samenwerking werd verder versterkt door de sterke basis van vertrouwen, mede mogelijk gemaakt door de nauwe verbindingen tussen de drie partnerschappen Samen Opleiden & Professionaliseren (SO&P) en de Regionale Aanpak Personeelstekort (RAP).
Een belangrijke succesfactor hierbij is de sterke onderlinge samenwerking in de regio, die volgens Femke sterk geworteld is in het ‘naoberschap’, een term die verwijst naar de hechte samenwerking en steun die mensen in deze regio traditioneel aan elkaar bieden. Deze vorm van samenwerking zorgt ervoor dat er altijd een basis van vertrouwen is tussen de verschillende partijen, waardoor gezamenlijke uitdagingen met een coöperatieve houding kunnen worden aangepakt.
Een van de belangrijkste vraagstukken in de onderwijsregio, volgens Femke Gerritsen, is de dalende instroom van studenten, met name in de initiële opleidingstrajecten. Dit brengt grote uitdagingen met zich mee voor de opleidingsinfrastructuur, vooral op locaties die voorheen meer studenten plaatsten. Er is behoefte aan nieuwe strategieën om het samen opleiden te organiseren met behoud van kwaliteit. Zo rijzen vragen als: wat betekenen dalende studentenaantallen voor de samenstelling van opleidingsteams op de scholen? Hoe kunnen we nabijheid en kleinschaligheid voor aankomende docenten waarborgen binnen de regionale samenwerking? Wat is een logische clustering van scholen vanuit het perspectief van de aanstaande leraar en hoe verhoudt dit zich tot de bestaande clustering van scholen binnen de partnerschappen SO&P?
“Het naoberschap is voor ons een sterke basis; het geeft een fundament van vertrouwen en zorgt ervoor dat we gezamenlijke uitdagingen met een coöperatieve houding kunnen aanpakken.”
Om de uitdagingen aan te pakken, is Femke betrokken bij verschillende projecten die gericht zijn op het versterken van de samenwerking en kennisdeling binnen de partnerschappen SO&P. Wat deze samenwerking bijzonder maakt, is de diversiteit in ontwikkelstadia van de partnerschappen, variërend van lang gevestigde partnerschappen met meer dan twintig jaar ervaring tot nieuwkomers in de aspirant-fase. Deze variatie biedt een inspirerende dynamiek: nieuwe partijen bouwen voort op de ervaring van meer gevestigde partners, terwijl de frisse blik van aspirant-partnerschappen juist een verfrissend perspectief biedt op bestaande structuren. Deze wisselwerking zorgt voor een leerrijke en vernieuwende samenwerking, waarbij partnerschappen van elkaar leren en elkaar versterken.
Een concreet voorbeeld is het oriëntatieprogramma voor eerstejaarsstudenten, waarbij studenten verschillende onderwijsvormen en scholen binnen het partnerschap bezoeken voordat ze een opleidingsplaats krijgen. Dit programma biedt studenten de kans om een goed geïnformeerde keuze te maken, terwijl het partnerschap inzichten opdoet in de plaatsingsbehoeften van de studenten. Daarnaast is in de regio ingezet op een kenniskring die zich richt op het optimaliseren van begeleidingstrajecten voor startende leraren en zij-instromers. Door kennis te delen en gezamenlijke oplossingen te ontwikkelen, wordt de expertise binnen de regio optimaal benut en worden nieuwe leraren beter voorbereid op hun werkplek. Ook is in de onderwijsregio een gezamenlijk traject voor registratie in het Beroepsregister voor Lerarenopleiders (BRLO) van Velon gestart, waarbinnen de partnerschappen samen optrekken en werken aan de herziening van de registratie vanuit het project ‘Focus op Professie’. Ook hier speelt het regionale naoberschap een belangrijke rol: de sterke onderlinge banden zorgen voor een gedeeld verantwoordelijkheidsgevoel en een constructieve samenwerking op alle niveaus.
Als programmaleider heeft Femke een dubbele rol: enerzijds draagt ze bij aan de inhoudelijke ontwikkeling van opleidingsprogramma’s, anderzijds bewaakt ze het proces van samenwerking tussen de scholen en opleidingsinstituten. Dankzij haar jarenlange ervaring fungeert Femke als een spin in het web, waarbij ze ervoor zorgt dat informatie transparant is en op de juiste plekken terechtkomt. Haar focus ligt sterk op het ontwikkelen van een inhoudelijke agenda die toekomstbestendig is. Hierbij staat het ontwerpgerichte werken centraal: het niet te snel in oplossingen willen schieten, maar eerst goed analyseren en strategieën ontwerpen samen met stakeholders. Femke analyseert de situatie grondig, betrekt alle stakeholders en komt tot strategische plannen op basis van deze analyses. Door deze aanpak blijft het partnerschap wendbaar en gericht op constante verbetering, waarbij niet alleen naar de huidige situatie wordt gekeken, maar vooral vooruit wordt gedacht naar de toekomstige behoeften van het onderwijs.
Naast de reguliere processen stimuleert Femke ook samenwerking op andere vlakken, zoals het gezamenlijk ontwikkelen van workshops of het samen presenteren op congressen. Deze gezamenlijke inspanningen zorgen voor nieuwe energie en inzichten, die vervolgens bijdragen aan de verdere ontwikkeling van het reguliere proces.
Behoefte aan kennisdeling en ondersteuning
Een van de uitdagingen binnen het partnerschap en in de onderwijsregio is de behoefte aan meer kennisdeling tussen de verschillende partnerschappen in de regio. Door studenten de mogelijkheid te geven om verschillende contexten en onderwijsvormen te ervaren, zoals speciaal onderwijs en het mbo, wordt hun blik verruimd. Dit vraagt echter om een nieuwe manier van organiseren, waarbij meer samenwerking en uitwisseling tussen de partnerschappen mogelijk wordt gemaakt.
Veranderende rol van de programmaleider
Femke ziet zichzelf niet alleen als kartrekker, maar vooral als procesbegeleider. Ze ervaart dat de rol van de programmaleider aan verandering onderhevig is, vooral in de context van de onderwijsregio. Het blijft een uitdaging om alle betrokkenen goed te informeren en op één lijn te houden, zeker nu de verantwoordelijkheden verschuiven naar een meer regionaal niveau. Femke benadrukt hierbij het belang van eigenaarschap bij alle betrokkenen om gezamenlijk succes te boeken.
“De veranderende rol van de programmaleider vraagt om eigenaarschap bij alle betrokkenen. Alleen door samen verantwoordelijkheid te nemen, kunnen we echt duurzame stappen zetten in onze onderwijsregio.”
Financiën en afspraken
Financiën vormen een terugkerend thema in de onderwijsregio. Het huidige financieringsmodel in de regeling, waarbij €1.250 per student wordt gehanteerd, blijkt ontoereikend om de partnerschappen op de lange termijn te ondersteunen. Femke werkt samen met de partnerschappen en penvoerders aan het ontwikkelen van een strategie voor een duurzame structuur, werkprocessen en financiering. Hierbij wordt onder andere gekeken naar mogelijke harmonisatie van tarieven en afspraken tussen de verschillende partijen, zodat er meer consistentie ontstaat binnen de onderwijsregio.
Deze herziening vraagt om nieuwe manieren van organiseren en het herijken van bestaande structuren. Hoewel veranderingen in werkprocessen soms tijd nodig hebben om doorgevoerd te worden, benadrukt Femke het belang van het behouden van een lange-termijnvisie. Het voortdurend optimaliseren van zowel de organisatie als de financiering is daarbij essentieel om de partnerschappen toekomstbestendig te maken.
Bouw voort op bestaande verbindingen en benut de kracht van regionale samenwerking. Kijk welke structuren en netwerken er al zijn en versterk deze, zoals het ‘naoberschap’ waarbij partners voor elkaar zorgen en elkaar ondersteunen.
Benut elkaars expertise en zet gezamenlijke projecten op die gericht zijn op gemeenschappelijke doelen. Dit vergroot de slagkracht en zorgt voor een efficiëntere aanpak.
Begin klein en focus op laaghangend fruit om samenwerking organisch te laten groeien. Succesvolle kleine stappen leiden vaak tot grotere bewegingen.
Zorg voor transparante communicatie en deel informatie openlijk, zodat alle stakeholders goed betrokken zijn. Dit versterkt het eigenaarschap en zorgt ervoor dat iedereen mee kan denken en handelen.
Organiseer collegiale sessies waarbij partnerschappen elkaars werkprocessen en kritische reflecties bespreken. Dit bevordert onderling leren en versterkt de samenwerking.
Betrek externe expertise om frisse perspectieven en nieuwe inzichten te krijgen. Zo blijven processen in beweging en kun je kritische buitenstaanders gebruiken om blinde vlekken te ontdekken.
Houd rekening met regionale verschillen en zorg voor een aanpak die aansluit bij de specifieke behoeften en dynamiek van de regio. Regionale samenwerking kan leiden tot meer maatwerk en synergie.