Ik vind het altijd een eer als ik ergens mag optreden als keynote speaker en al helemaal als dat intern is: ik mocht op 21 maart tijdens de schoolopleidersdag spreken over co-teaching. De keynote vroeg heel wat voorbereiding: het moest een uur duren en interactief zijn.
Het onderwerp co-teaching was een schot in de roos. In de literatuur worden veel voor- en nadelen van co-teaching genoemd, en gekoppeld aan het collaboratieve karakter van het leraarsberoep. Co-teaching kan heel verschillende vormen aannemen: elkaar observeren, lesgeven aan kleinere groepen, de een geeft les terwijl de ander assisteert, om beurten lesgeven, samen voorbereiden, samen uitvoeren, samen evalueren. Op veel opleidingsscholen zijn eerstejaars in tweetallen aan een werkplekbegeleider gekoppeld en dat gaat vanaf volgend schooljaar de norm worden. Ik wijdde eerder al een blog aan duo-stages. De ideeën over co-teaching zijn heel bruikbaar bij het inrichten van duo-stages.
Mijn eerste vraag was om een indruk te krijgen van de ideeën die uit de groep zouden komen over de inrichting van co-teaching. De aanwezigen zagen vooral veel mogelijkheden om te kunnen gaan differentiëren tijdens de lessen: zo wordt het mogelijk dat de één enkele leerlingen ondersteunt, terwijl de ander de overige leerlingen lesgeeft. De aanwezigen zagen als voordelen voor de studenten dat ze veel leren van elkaar, ze elkaar ondersteunen en dat het veiligheid biedt. Voor de werkplekbegeleiders noemden ze voordelen als meer handen in de klas, en dat het efficiënter kan zijn, doordat nu niet alle feedback alleen van de werkplekbegeleider hoeft te komen. Bij de nadelen voor de studenten werd het risico op meeliften het vaakst genoemd en voor de werkplekbegeleiders dat de begeleiding van een tweetal meer tijd kost. De aanwezige schoolopleiders zagen de variant ‘stationsonderwijs’ al het vaakst voorkomen in de praktijk, en ze zien kansen om deze variant meer te gebruiken. Bij stationsonderwijs wordt de klas gesplitst en wordt er aan beide groepen tegelijk lesgegeven. Vaak doen beide groepen iets anders, bijvoorbeeld: de ene groep tekent, de anderen groep schrijft.
Tot slot schatten de aanwezigen in dat enige ondersteuning en training van het begeleiden van duo-stages goed zou zijn, zodat werkplekbegeleiders de kansen die co-teaching biedt beter kunnen benutten en de nadelen kunnen minimaliseren.
Veel aanwezig schoolopleiders gingen met frisse ideeën naar de lunchpauze.